Kansenberekening voor Rachel? Niet aan beginnen. Dutchies elfde op WK relay – WTJ 244
MAANDAG – Zo kort voor het grootste sportevenement ter wereld is het altijd moeilijk de nog geleverde prestaties in te schatten. Bij de tweede plaats van Rachel Klamer in Hamburg moest ik even denken aan de winst van Wieke Hoogzaad op de World Cup in Geelong, kort voor de Spelen in Sydney. Meteen dachten wij fans al dat Wieke een belangrijke kandidate voor het Olympisch goud was geworden. De tijden zijn veranderd en ik weet zeker dat al wie in Hamburg aan de start stond zijn of haar stinkende best deed voor een topresultaat. Garanties voor een daverend vervolg in Rio zijn er niet, maar zo’n tweede plaats geeft wel geweldige moraal voor dé wedstrijd van het jaar.
Op een parcours, waar ze vorig jaar ook al negende werd, kan Rachel in deze vorm wel eens het verschil maken. En – verstoppertje spelen of niet – Gwen Jorgensen baalde oprecht dat ze het duo Zaferes en Klamer bij het lopen niet meer kon achterhalen. Nee, cadeautjes worden niet uitgedeeld, zeker niet in WK-races. Over WK gesproken. Daags na de WTS vergaapten duizenden Hamburgers zich aan het toetje: het WK Mixed Relay. Een IOC-afvaardiging was in de Duitse stad aanwezig om opnieuw de spectaculaire aflossing te bekijken. Eerder in 2013 besloot het IOC met betrekking tot de Spelen in Rio het programma niet verder uit te breiden om de Brazilianen niet op nog hogere kosten te jagen. Maar voor Tokyo 2020 zijn alle opties weer open. De Amerikanen werden na een eerste titel in 2006 eindelijk weer eens wereldkampioen met natuurlijk Gwen Jorgensen in de formatie evenals Kirsten Kasper, Ben Kanute en Joe Maloy. Het zilver ging naar Australië, brons was er voor het thuisland.
Nederland werd – net als vorig jaar – elfde van de zestien landen. Op zich knap, want de ploeg was jonger dan vorig jaar. De klus werd geklaard door Maya Kingma, Marco van der Stel, Kirsten Nuyes en Menno Koolhaas. Drie landen werden gedubbeld, Mexico gediskwalificeerd en Brazilië deed er langer over. De elfde plaats geeft Oranje recht op deelname aan het WK Mixed Relay in 2017. En laten die nou net in Rotterdam zijn volgend jaar. De Grand Final bevat namelijk niet alleen de World Triathlon Series laatste wedstrijd, maar ook het WK sprint en standaard voor alle age-groupers en ook de 4x Mixed Relay. De wedstrijden worden gehouden van 14 tot en met 17 september. Ongetwijfeld zal Challenge Almere-Amsterdam ook naar die data kijken… Trouwens: eerst wacht nog de eerste editie van het Grote Gebeuren in de Maasstad komend weekeinde.
Nog één keer terug naar Hamburg, want er was dus ook dat incident met Richard Murray, Rachels vriend. Zijn DSQ was niet te wijten aan het slordig neerkwakken van zijn wetsuit in de box van zijn buurman. Nee het waren twee obscene gebaren, die de temperamentvolle Zuidafrikaan uitdeelde aan de jury. Eens te meer het bewijs hoeveel er voor de atleten op het spel staat. Weg tweede plaats, weg prijzengeld. Zonde natuurlijk.
Terug naar Nederland, naar de 010 Perskindol triathlon te Rotterdam. Snelgroeiende organisatie, die al in haar tweede jaar snapt hoe het spelletje werkt. Entourage wellicht wat polderachtig, maar tegelijkertijd natuurlijk een superveilig (haast permanent) triathlon-parcours, waar bij de Eredivisie het uit wielerkringen bekende waaierfietsen werd toegepast. Opvallend aan de Eredivisie is de toenemende inbreng van buitenlandse atleten. Jorik van Egdom won dan wel, maar in de top tien stonden verder alleen nog zijn landgenoten Edo van der Meer (zevende en daags erna uitgeblust in Klazienaveen) en Mark Hamersma (tiende). Vier Belgen, twee Duitsers en zelfs een Nieuw-Zeelander (Zac Barber voor VZC) bezetten de top 10 van de derde Eredivisie-wedstrijd. Oud-landskampioenen Sander Berk, Rob Barel en Stefan van Thiel finishten allen tussen de 30e en 40e plaats en paratriatleet Sjaak van den Berg debuteerde met een 66e plaats en liet nog twee man achter zich. Squadra won nipt met liefst drie Belgen – Tim van Hemel, Jonathan Wayaffe en Neal van Varenbergh – in de gelederen plus reeds genoemde Mark Hamersma.
Bij de vrouwen is de buitenlandse inbreng juist te verwaarlozen. Er viel niets af te dingen op de topprestatie van Mirjam Weerd
, maar wát een revelatie is Rani Skrabanja zeg. Meenemen die Limburgse naar Tokyo over vier jaar! Kijani won en daarom ook de vier namen van dat succesvolle Betuwse team: Inge Heus, Trudy Veenstra, Tanya ten Velden en Heleen van der Meijden.
’s Avonds was de Rotterdamse koek nog niet op. De kwart triathlon werd gewonnen door Jan van der Meijs voor Leo Gödde (eerder winnaar in Utrecht) en Kevin Gideonse. Rosalien van Elp won het vrouwenklassement. Beide laatstgenoemden waren al de hele dag in touw voor de organisatie!!!!!!
Op zondag ging het programma vrolijk verder. Alles kon blijven staan, dus waarom niet nog een dag met vijf series (achtste en kwart). Nadat alles was opgeteld bleek de ASU atleet Eduardo Centeno Nieves te sterk voor de 128 tegenstanders en was Maartje van Gestel de baas over 63 vrouwen. Op de kwart afstand, toen het al zondagmiddag was, waren Robert Parinussa en Annick Taselaar beduidend sterker dan de rest. In totaal zijn in en rondom de Koning Willem-Alexander roeibaan op beide dagen 1194 atleten in actie geweest. Uitgesmeerd over het langere tijdsbestek met steeds een nieuwe serie was dat goed te doen. Valpartijen waren er wel – zoals bv. Bas de Waal , Brigit Landewe, Rob Musterd – maar over het algemeen kwam iedereen de race goed door, met of zonder fietsschoen.
In het Spaanse Altafulla namen de Belgen de honneurs voor de lage landen waar. En hoe! Simon de Cuyper (in bloedvorm trouwens, zou je zo naar Spelen sturen) en Charlotte Deldaele wonnen deze ETU-Cup en da’s niet gering.