Queen Maya op weg naar wereldtop; Marco kan ’t in Weert wel; Kirsten, Bas, Yvonne, Dirk enz. – WTJ 514
ZONDAG – We troffen dus 37 evenementen aan in de (inter-)nationale tri- en duathlonkalenders voor 10 en 11 juni. Niet paniekeren, doorademen en in alle rust de hele reeks nalopen. Dat we er nog paar dagen mee vooruit kunnen, is ook wel weer fijn.
Eerst maar de World Triathlon Series in Leeds, hiërarchisch gezien de meest aansprekende wedstrijd. De Nederlandse inbreng was, mede door de ETU Cup te Weert, gering. Marco van der Stel was ziek, maakte de oversteek dus niet. Alle druk op de brede zwemschouders van Maya Kingma derhalve en die kan daar uitstekend mee omgaan. Maya is haar eigen weg gaan bewandelen, los van het NTC Sittard. Maya woont wel in de Limburgse sportstad maar traint onder de hoede van Edo van der Meer. Edo en Maya reisden samen af naar Leeds.
Wat een race voor de 21-jarige ‘Queen Kingma’. Wars van grote namen als Flora Duffy kwam ze samen met de Britse Jessica Learmonth uit het 16 graden frisse water. Zij viel terug, maar Maya zette door en kreeg niemand minder Duffy, de Italiaanse Alice Betto en de Amerikaanse Talyor Spivey met zich mee. Het kwartet sloeg een gat van anderhalve minuut en Maya deed volop haar werk. Het was een genot om de Bredase/Sittardse aan het werk te zien op het hoogste niveau. Vergeet niet dat ze tot dusverre pas één keer eerder een WTS-race deed. Nota bene vier jaar geleden toen ze dus amper 17 jaar oud was. In Hamburg werd ze toen 59e, nu stijgt ze liefst 45 plaatsen. Want hoewel ze dus bij het lopen een vrije val maakte, was haar veertiende plaats op de finishlijn een prestatie van wereldformaat. Tokyo wordt ineens een stuk realistischer en in Rotterdam kunnen we vast ook iets moois verwachten bij het WK beloftes. Wat ons betreft: dé doorbraak van Maya. Terecht dat ze vandaag in Leeds was, al was winnen in Weert ook leuk geweest natuurlijk.
Wereldkampioene Flora Duffy won haar vierde WTS-race, Spivey werd tweede en de verrassende Italiaanse Alice Betto derde.
Zonder de zieke Marco van der Stel gingen tegen het eind van de zondagmiddag de mannen te water. Het werd een onvervalst Brits duel tussen de Brownlees. Cadeaus hebben de broers nog nooit uitgedeeld, dus ook niet in hun thuiswedstrijd. Jonathan kon een goede klassering wel gebruiken na alle bizarre verwikkelingen in de races het afgelopen half jaar. Maar dat gold na Samorin eveneens voor Alistair, die in Slowakije zijn naam op de halve afstand nog niet kon vestigen. Alistair won, Jonathan volgde kort erna en Fernando Alarza hield met een derde plaats de Spaanse eer hoog.
Brits succes ook in Weert op de ETU-Cup bij de mannen. Daar deden op een lang, warm weekeinde bijna 2000 triatleten mee aan de vele series in Teamcompetities, gewone kwart en sprint, Ironkids en uiteindelijk zondagmiddag en –avond de apotheose met de ETU-Cup wedstrijden. Daar zoomen we nu even op in, de andere series komen later. Calum Johnson won. De Brit is van origine duatleet en was in Noord-Limburg op bekend terrein, want in het verleden deed hij regelmatig mee aan de Powerman in Horst aan de Maas. Hij pareerde de snelle achervolging van de Fransman Maxime Hueber-Moosbrugger. Een tweede Fransman Nathan Guerbeur werd derde. Uitzinnig van vreugde kwam Marco Akershoek als achtste het blauwe finish-tapijt op. We kunnen ons die explosie wel voorstellen. Te vaak was Marco misschien net de man, die in de schaduw van vier andere Nederlandse toppers presteerde. Vandaag kwam het er voor de Ouddorper/Sittarder dan echt uit. Niet eens zo gek hard gezwommen, goed aangesloten bij het fietsen en daarmee de juiste springplank voor een gedegen loopnummer. Marco Akershoek telt weer mee. Alle mannen die vorige week in Amsterdam nog voor hem waren, liet hij nu achter zich. Landskampioen Jorik van Egdom op elf, (Tim van Hemel op twaalf), Donald Hillebregt op 17 en Menno Koolhaas op 21. De laatste aast duidelijk op een aansprekend resultaat, maar ook voor de Amstelvener komt die dag. Verder nog: 37.Stijn Janssen (lang niet gek), 38.Mohammed Massoo (leuk hem weer eens in Nederland in actie te zien), 42.Jardy van den Heuvel en 49.Pim Lebouille.
Drie vrouwen domineerden in hun ETU Cup-race: favoriete Sandra Dodet, de Britse Jenny Manners en de Italiaanse Angelica Olmo. Olmo is oorspronkelijk cross-countryloopster. Vorig jaar won ze de Europese titel bij de beloftes, dus zo verrassend als men het in Weert deed voorkomen was haar winst niet. Dat is tegelijk ook de makke van de huidige ETU-Cup wedstrijden. Tot een jaar of tien geleden kwam de Europese top nog op deze wedstrijden af, nu sturen veel landen de aanstormende talenten of B-selecties. Die gaan nog steeds erg hard, maar hun namen roepen minder weerklank op. Wat bovendien misschien eens getest moet worden is een ander tijdschema. Na twee snikhete dagen volgen de topraces, maar dan is bij toeschouwers de scherpte er een beetje vanaf. In Holten openen de Europese toppers het evenement altijd en daarna komen de divisie- en recreantenseries. Misschien is er wel een mogelijkheid de ETU-races in het midden te plaatsen. Het is maar een idee. Terug naar de race. Olmo numero uno, een minuut later Manners, weer een halve minuut later Dodet. De tweede snelste fietstijd was voor Kirsten Nuyes, die het NK oversloeg en nu in Weert knap zesde werd nog voor de française Leonie Periault, winnares 2016. Ook Jony Heerink dook de top tien binnen: negende. Haar beste ETU-race was tot nu toe Holten vorig jaar op een 15e plaats. Marije Dankelman, vorige week de revelatie van het NK, ervoer wat het is in een internationaal veld. Ze sloot de rij van gefinishte deelnemers op een 14e plaats. Jasmijn van der Burg stapte uit. De organisatoren van Weert krijgen weinig adempauze. Komende week is de lobby voor de kandidatuur voor het EK in 2019. Volgend jaar is alles in Glasgow.
In vogelvlucht enkele andere races. Op het EK Challenge halve triathlon in Herning was de vroegere ICAN-Amsterdam-winnaar Patrick Dirksmeier uit Duitsland de beste. Hij kon het zelf niet geloven, maar de Denen Anders Christensen en Miki Taagholt konden hem niet bijhouden. Camilla Pedersen maakte haar favorietenrol waar en greep royaal de winst voor landgenote Maja Stage Nielsen en de Britse Sarah Lewis.
De Kraichgau 70.3 Ironman is altijd sterk bezet. Een week na zijn tweede plaats in Samorin was Sebastian Kienle voldoende hersteld voor deze coup. Hij was liefst elf minuten sneller dan drie landgenoten. Bas Diederen was op een vijfde plaats eerste ‘niet-Duitser’. Maar voor Bas was Kraichgau slechts een middel voor het uiteindelijk doel: Ironman Frankfurt.
Yvonne van Vlerken hoeft niemand te vrezen, behalve dan Laura Philipp. Wat deze Duitse dit jaar laat zien, grenst aan het ongelofelijke. Ook in Kraichgau was ze superieur, liefst twaalf minuten sneller dan Yvonne. Dat Laura vooral harder fietst dan Yvonne, doet wel eens zeer bij de blondine. Maar na afloop is ze altijd de sportiviteit zelve. Voorlopig kan de Duitse qua erelijst nog lang niet tippen aan Vonsy.
In de Challenge Venetië moest Dirk Wijnalda weliswaar zijn titel inleveren, maar het veld was in de tweede editie dan ook bijzonder sterk. Dirk kwam van ver, maar werkte zich op fiets en marathon op naar een uitstekende vierde plaats op elf minuten van de Duitse winnaar Lukas Kramer. Die deed 8.23 uur over de hele in de wereldberoemde Gondelstad. De Italiaanse veelvraat Alberto Casadei werd tweede en Almere-winnaar Jan Raphael derde. En na Dirk was het nog een klein half uurtje wachten op Stefan Overmars, die in de snikhete stad schitterend achtste werd in 9.03.
Prachtig moment ook: de finish van Sofie Goos. Een jaar na die beangstigende steekpartij een hele triathlon winnen? Dat zouden alleen de allersterksten kunnen. Fysiek en mentaal. Sofie hoort tot de allersterksten. Ze klopte Simona Krivankova: 9.17 om 9.36.
Tot slot. Om toch een beetje in de pas te blijven. Een aantal landelijke uitslagen. De halve van Terheijden ging voor de tweede keer op rij naar Ramses van Hoofstat, de zesde Belgische winst in de laatste acht jaar. Marco Muller was vijf minuten later tweede en beste Nederlander. Terheijden wordt vrijwel altijd gedomineerd door Belgen, want ook na de Holtenaar kwamen er zuiderburen over de streep: Adriaan Siemons en Geert de Rore. Vijfde was dan crosstri-specialist Michael Krijnen. Trion-atlete Danielle Riem won overtuigend bij de vrouwen voor Heleen van Keulen en Katja Duurland. De hitte eiste wel z’n tol in de Westbrabantse wedstrijd. In het achterveld moest drie keer de ambulance opdraven voor atleten die onwel geworden waren. Bij de derde situatie besloot de organisatie de wedstrijd stop te leggen al was toen 90 procent van het deelnemersveld al gefinisht.
De kwart van Luttenberg ging naar Klaus Schlüter en Renate Post. De kwart van Maasdijk/Oss naar Tom Havekes en Nienke van Zoggel en de kwart van Surhuisterveen naar Erik Schröder en thuisfavoriete Trudy Veenstra. In de 1/3e triathlon van Bonn verloor Sandra Wassink-Hitzert nipt van Verena Walter en was Dave Rost tien minuten na winnaar Horst Reichel goed voor een tiende plaats.
Morgen nog veel meer. Ik vraag me oprecht af wie er dit weekeinde eigenlijk géén wedstrijd had. O, ik ken er toch twee. Peppi en Kokki kregen een paar dagen ‘verplicht’ rust. Maar ze verloren de prestaties niet uit het oog. Maya en daarna Marco, Kirsten, Yvonne, Bas, Dirk en Stefan. Zij allen bezorgden ons een leuk weekeinde.