Berber Bergsma; Blonde paardenstaarten en Fusion-pakken

Soms verwacht je alles, en krijg je niks. En soms verwacht je niks en krijg je alles! Zo’n dag was het afgelopen zondag. Na de afgelopen weken wat minder te hebben getraind en vooral bezig te zijn met ‘afstuderen’, kwam ik naar de race in Denemarken zonder verwachtingen maar met het doel wat ik van Jerry Kenbeek heb gejat: Lachend finishen!

 

Het feest begon vrijdagavond, toen de net bevallen Michelle Vesterby haar rentree maakte. Ze startte 1,5 maand na haar bevalling bij (en won) de 400m, 18km, 4k lange triathlon, wat de generale leek voor wat zondag zou komen. Honderden slanke blonde paardenstaarten vonden hun weg rondom de finish boog. De toon werd gezet, de Denen wist waar ze aan begonnen en namen dit EK hoog op.

Op zondag was dit beeld niet anders. Zwart-witte fusion pakken en blonde staarten trokken een wetsuit aan en vervolgden hun weg naar het <31’ zwem-vak. Waar ik normaal vrij lang ben vergeleken met mijn tegenstandsters viel dat nu wel mee. Ik had wat extra ‘fleis op’e bonken’ (fries voor: vlees op mijn botten) en mijn haar was niet blond genoeg. Maar verder paste ik er prima tussen!

Na een knetterhard kanonschot doken we het 17gr warme/koude water in van de haven van Elsinore. Links, rechts, draaien keren, de hele haven werd gebruikt om 1900m af te kunnen leggen. Ik kon vrij makkelijk in mijn ritme komen in het kalme water en koos daarom voor de ‘veilige’ weg dus zwom buiten de groep. Denkend aan Maarten vd Weijden sloeg ik met lange slagen het water onder mee door. Links rechts, voor me kijken, links, even ademen, rechts links rechts, ademen. Misschien was deze eenzame tocht niet de meest efficiënte en snelle manier om die 1900m af te leggen, maar het gedrang stond me tegen! Na 29m30sec trokken wat vrijwilliger me als een verzopen kat weer op de kant en begon het lachen. Dit was een goede start!!

De tocht in T1 was meer een swim-run-bike idee. Als Donald Duck en zijn neefjes rende ik achter een aantal blonde staarten op fietsschoenen rondom het parc fermee om daar vooraan onze fietsen te pakken (want snelle dames = laag nummer in Denemarken). De strak geasfalteerde wegen met uitzicht op zee (en Zweden) leidden ons de stad uit. De fusion-pakken verdwenen langzaam aan de horizon. De toch iets tengere Deense beentjes waren blijkbaar ook fietsbeentjes. Ik had me voorgenomen niet te vaak te kijken op wat voor klok of apparaat dan ook. Op gevoel koos ik een tempo en genoot is van het mooie Deense land!

Na 20k werd het fietsparcours glooiend. In de zin van; 20m omhoog 20m omlaag. Bochtje hier bochtje daar. Remmen (moet je niet doen I know maar ik ben een mietje) optrekken, remmen optrekken. Om de rechte stukken spraken de Friese bruine beentjes en liep ik in. Op de technische stukken verloor ik terrein. (Note to self: vaker trainen). Maar na 1u zag ik dat ik 34,5k had gefietst! Met 42km/u reed ik heuvelaf terug richting Helsinger waar we ons opmaakten voor een tweede, kleinere fietsronde. Zweetdrubbeltjes drupten op mn frame voor me. Ik haalde mensen in! Mannen, wat wel. Maar toch! Turbobenen!


De tweede kleinere ronde was iets moeizamer (het werd ook warmer), maar klagen deed ik niet. Ik haalde mensen in! Na 2h34m (!!) mocht ik mijn fiets aan een vrijwilliger geven. Zoals op Hawai. Ja HOE FANCY IS DAT! Vanaf daar kon het lopen beginnen. Ik stopte zoals altijd de nodige gelletjes in mn bh, knoopje mn startnummer om mijn middel en wist dat dit wel eens mijn beste race ooit zou kunnen worden. Tegelijk met mijn Duitse teammaatje Sonja maakte ik de eerste onverharde ronde om het kasteel. Bij de drankpost goot ik de ene na de andere beker water over mijn hoofd leeg. Het was warm in de straatjes van Helsinger, maar de eerste 2km vloog ik. Mijn zusje riep nog; je gaat zo snel! Daarna, stortte dit vliegtuig langzaam neer. Het tempo ging er uit, de hamstrings begaven het en op karakter liep ik de 21km vol (1.41). Verdienstelijk, maar niet met de power die ik eerder wel had. De blonde staarten aan de horizon waren inmiddels gevlogen. 20’ na de 1e Deense mocht ik de race laten voor wat het was (4h53, 9e plaats), een broodje kip halen en alle schuurplekken op mijn lijf gaan verzorgen.

Ik heb 100% gestreden voor wat ik waard was in mijn beste race tot nu toe. En het allerbelangrijkste; ik ben gefinisht met een brede glimlach en ga met veel zelfvertrouwen de zomer (zonder school) in. Het triathlon leven gaat nu pas echt beginnen!

Dat de Denen weten wat triathlon betekent is niet nieuw. Dat ze zo goed zijn in het opzetten van strakke organisaties, wist ik niet maar hebben ze bewezen. Van briefing, tot foodcorner, van een 4-18-4 race op vrijdagavond tot de IM 70.3 finish op zondagmiddag; er was nergens een speld tussen te krijgen! Geldt ook voor de blonde paardenstaarten en fusion-pakken. Denemarken, bedankt.

Ruud de Haan

Ruim dertig jaar geleden aangestoken met het triathlonvirus. Als super-recreant races gedaan en door toedoen van Mels de Kievit aan de micro beland en die nooit meer los gelaten. Samen met maatje Wim van den Broek zo veel meer dan 1000 wedstrijden als speaker gedaan. Zo af en toe actief voor Eurosport als commentator bij triathlons.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.