Mathon van Eijsden: 250 kilometer door de woestijn – Marathon des Sables.
Net terug van zijn deelname aan de Marathon des Sables; 250 kilometer hardlopen door de woestijn, als ik Mathon van Eijsden spreek. Een monstertocht onder bizar extreme omstandigheden met temperaturen boven de 50 graden. Zijn tijd 53:03:36 en en 233e plaats.
Natuurlijk kennen we Mathon van zijn deelnames aan IRONMAN Maastricht, met name die keer toen hij samen met Glenn Wijntjes, in de rolstoel, deelnam en als ambassadeur van IRONMAN Nederland. Maar Mathon doet meer en alles voor het goede doel: DJSTOPALS.
,,Ik voel me eigenlijk redelijk fit, maar lopen is wel een dingetje op het moment. Ik had vreselijk veel blaren en er is een infectie bijgekomen, dus moet het nog wat rustig aan doen” zijn de eerste woorden van de Limburgse dj/atleet. ,,Het was ook wel de meest extreme editie van de Marathon des Sables, alle dagen temperaturen boven de 50 graden. 50% uitvallers en 20% van de organisatiestaf werd ziek. En helaas is er zelfs een dode gevallen tijdens de race. Op de tweede dag (32,5) kilometer overleed een deelnemer aan een hartstilstand. Ik heb de rest van de etappe uitgewandeld i.p.v. gerend. Je schrikt toch enorm en de temperatuur was die dag 56 graden.”
250 kilometer door de woestijn, verdeeld over 6 dagen, dat is waar het om gaat in de Marathon des Sables.
32.2, 32.5, 37,1, 82.5, 42.2, 8.5 zijn de kilometers van de 6 etappes. De laatste etappe is de Charity-run, die eigenlijk iedereen wandelt.
,,Natuurlijk doen we het allemaal voor het goede doel, in mijn geval mijn stichting DJ stop ALS, die zich inzet om de spierziekte ALS te helpen bestrijden, meebetalen aan onderzoek en laatste wensen van patiënten helpen verwezenlijken. Om fondsen te werven gaat het steeds extremer en dus maak je gekke keuzes, maar gekker als deelname aan de Marathon des Sables wordt het niet.
Dat deze editie heel extreem was lag ook aan het moment van het jaar dat we de race afwerkten, normaal is dat in april, als de temperaturen in Zuid-Marokko toch wel lager zijn. Nu was het iedere dag 50+ graden. Daarnaast denk ik dat het feit dat we met zijn allen vele maanden “steriel” hebben geleefd in deze Coronatijd en dus ons immuunsysteem anders reageert, debet is aan het aantal uitvallers en zieken. Ook daardoor denk ik dat het percentage van 50% uitvallers zo extreem was en 20% van de staf ziek werd. Ik denk dat de organisatie ook overrompeld is door de extreme temperaturen.”
,,Iedere etappe start een kameel twee uur na de start van de deelnemers. Word je ingehaald door de kameel, dan word je uit de wedstrijd genomen. Daarnaast zijn er dagelijks maximum tijden gesteld, waarbinnen je moet finishen. Ook zijn er checkpoints, waar je binnen een gestelde tijd moet passeren om door te mogen gaan.
De eerste drie dagen waren de korte afstanden; 32, 32 en 37 kilometer, daarna volgde het lange werk. Na dag 4 (82 kilometer) hadden we een rustdag. Die rustdag kwam als geroepen, daar was ik na die 82 kilometer wel aan toe. Ik had last van blaren, maar toen ik in het kamp terug was, heb ik mijn rugzak afgedaan en ben gaan liggen.
Je hebt een rugzak, waar al je eten voor die week in zit en je luchtbed of matje waar je op slaapt en je slaapzak. Deze rugzak mag je zelf dus ook nog mee dragen al die kilometers en bij de start weegt deze rugzak tussen de 6,5 en 15 kilo, dat is dus bij iedereen verschillend. Mijn rugzak was 12 kilo, het enige wat je van de organisatie krijgt is normaal 12 liter water per dag en een tent waar je met 8 man in ligt. Op dag 2 hebben we gelukkig wel meer water gekregen. Ik had zelfs de kracht niet meer om mijn schoenen uit te doen, ben neergeploft en gaan slapen. Pas na een paar uur heb ik mijn blaren laten behandelen. Het was zo vreselijk heet, dat je eigenlijk alleen maar kon liggen en slapen.”
,,Het is een hele bijzondere ervaring, ik heb iemand op blote voeten zien lopen, iemand op slippers en ook gefinisht. De saamhorigheid onderling is enorm groot, je drink allemaal hetzelfde water, je ziet allemaal ontzettend af en iedereen heeft zo zijn eigen verhaal.
We sliepen in open tenten, waardoor je eigenlijk dag en nacht in de stof leefde, het zat werkelijk iedere dag overal. We hebben zelfs een zandstorm meegemaakt. Ik heb me ingesnoerd in mijn slaapzak, klein gaatje om te ademen, maar de volgende dag zat werkelijk overal stof.
’s Nachts lopen tijdens de langste etappe was heel bijzonder. Het was een nacht bijna zonder maanlicht, iedereen loopt met een hoofdlampje en van die sticks die lichtgeven. In het langste parcours zit een enorm steile berg, het eerste deel is steil, maar het tweede deel moet je aan touwen lopen om boven te komen. Het was daar 25 meter klimmen, rusten, 25 meter klimmen, rusten etc etc. Als je dan boven bent, zie je al die lopers voor en achter je in een geweldige sliert van lampjes. Een beeld om nooit meer te vergeten. De organisatie was, ondanks alles, strak en goed.”
Op mijn vraag wat nu verder aan uitdagingen in de toekomst, spreekt plots de familieman Mathon, met emotie in zijn stem. Niet voor niets trok hij bij zijn finish een foto van het gezin:
,,Ruud stel je voor, je zit in Nederland, je weet dat je partner en vader mee doet aan een ultiem zware race en de wetenschap dat er een dode is gevallen. De telefoonverbinding was zeer slecht en zelden, internet al net zo. Ze konden me volgen via GPS. Een stipje op een scherm dat beweegt. Maar soms bewoog het stipje ook niet; geen verbinding of ik rustte wat bij een checkpoint. Ik hoef je verder niets te vertellen wat dat met mijn gezin deed, de stress.
Daarnaast het feit dat ik al jaren dagelijks aan het trainen was.
Nee, het is nu even tijd voor het gezin. Tot 2016 had ik nog nooit gesport, het was de komst van IRONMAN naar Maastricht, wat me deed besluiten te gaan sporten en sindsdien train ik dagelijks.
Van de week ga ik wel weer een keertje zwemmen en een uurtje fietsen en ik denk ook wel dat ik volgend jaar deelneem in Maastricht, welke afstand? Nog geen idee, maar het is nu eerst rust en tijd voor het gezin en genieten.”