Bronzen race van Menno Koolhaas is goud waard: derde IM 70.3 Cascais; Jorik 9e, Tristan 18e – WTJ 2061

ZONDAG – Dat hij ook de halve afstanden aankon, was al wel langer duidelijk. Het kwam er alleen nog niet eerder zo geweldig uit als vandaag in Cascais. Menno Koolhaas vervulde een hoofdrol in de Ironman 70.3 van Portugal, zorgde er eindelijk weer eens voor dat er een Nederlandse man op het pro-podium stond op een Ironman 70.3. Hij werd vandaag na een sublieme race en een vlammend eindschot derde achter Magnus Ditlev (de man in topvorm) en de Australische debutant Aaron Royle. Menno was gebrand op een goede prestatie, maar was door de reeks negatieve berichten over de vaderlandse triathlonsport zelfs in Portugal enigszins uit het veld geslagen. Mooi om te zien hoe hij zelfs Jonathan Brownlee haast stil liet staan in de slotfase. De Brit debuteerde met een zesde plek.

(foto’s: Wilbert Grooters)

Perfecte race

Er zat voor de ‘Vliegende Hollander’ maar 1 ding op: armen en benen laten spreken en zorgen dat er een goed resultaat uit rolt. Het werd veel meer dan dat, een geweldige opsteker waar vooral hijzelf trots op mag zijn. In de gesprekken, die we afgelopen week met Menno hadden, kwam al iets van opgeklopte boosheid naar boven. Die heeft ie vandaag omgezet in haast perfecte race. Slechts 54 tellen scheidden hem van de overwinning en dat in een topveld. Tweede in Nieuwkoop 2019, uitgevallen in Klazienaveen en zevende in Challenge Salou. Eerdere prestaties van Menno op de halve, die nu in het niet vallen bij z’n bronzen plak aan de Portugese kust.

De Noor Jorgen Gundersen mocht als eerste het strand op na een strijd met de Oceaan-golven. In zijn kielzog zaten de Belg Christophe Dekeyser, Aaron Royle, Jonathan Brownlee en ook Menno Koolhaas hoefde maar een kwart minuut toe te geven. Als achtste was hij bij zijn fiets. Jorik van Egdom worstelde iets langer met het zwemnummer: op 1.23 van de leider als 20e aan de kant en Tristan Olij lag daar op een 25e positie op precies twee minuten.

Menno houdt zich gedeisd op de fiets

Vijf man zette zich op de fiets vooraan: de Fransman Clement Mignon was de grootste verrassing, de anderen (Jonathan Brownlee, Casper Stornes, Aaron Royle en Magnus Ditlev) waren daar wel verwacht. Menno liet zich afzakken en kwam op anderhalve minuut in een achtervolgende groep van tien terecht, waarin ook Jorik van Egdom. Die erg goed achtervolgingswerk deed trouwens. Maar ook de vijf vooraan werkten goed samen, zodat het verschil toch opliep tot drie minuten. Overigens bleef het quintet niet samen, want Magnus Ditlev kreeg het – net als in Budva – weer op de heupen. Elke week doet de Deen nu halves en steeds gaat het hem beter af, zo lijkt het. Hij begon met een minuut voorsprong op Stornes aan de halve marathon. Jonny Brownlee lag er derde op 1,5 minuut. Menno wisselde als tiende, maar wel op 3.27 minuut. Toch oogde hij ontspannen, alsof hij wist dat hij nog iets in petto had. Jorik wisselde praktisch gelijktijdig als veertiende. Voor Tristan liep het fietsen nooit lekker. Hij keek na de 90 kilometer tegen een achterstand van tien minuten aan. Te veel om nog in het spel om de knikkers mee te spelen.

En vliegt over het loopparcours!

Al na 5 kilometer hadden zowel Menno als Jorik iets van hun achterstand weg gewerkt, ze waren de eerste Fransen, Britten en Belgen al gepasseerd en liepen daar achtste en negende. Even verderop keken de trainingsmaatjes elkaar nog eens aan. Jorik gaf het signaal dat Menno niet langer in zijn tempo moest blijven lopen. Het ‘ga maar’-gebaar was niet tegen dovenmansoren gericht. Menno was ‘on fire’ en haalde steeds meer van zijn achterstand weg. Op het 10 kilometerpunt lag hij vijfde op 2.16. Hij was daar de Brazilianen Colucci en Messias voorbij.

Nog was de koek niet op, want na 15 kilometer had hij weer een halve minuut terug gepakt op de overgebleven vier mannen voor hem: Ditlev, Brownlee, Mignon en Royle. Was een podiumplaats nog haalbaar? Ditlev leek veilig, maar de anderen kregen het moeilijk. Het motortje bij Brownlee haperde het hardst. Hij moest toezien hoe Mignon hem nog voorbij kwam en kort daarna liet ene Menno Koolhaas de gouden medaillewinnaar van Tokyo op de relay zo goed als stil staan. Tja en toen was Mignon ook niet ver meer weg en lag de weg open voor een sensationeel sterke derde plaats.

Jorik tweede in Salou, Youri vijfde op Mallorca, Menno derde in Cascais. Het kan de laatste weken niet op voor wat betreft de halve afstand. Dank voor deze topprestaties, alleen zo kunnen we het plezier in de sport weer herstellen! Het jaartje rust in 2020 heeft de triatleet annex ijsbereider zichtbaar goed gedaan. Sta er niet van te kijken als straks in Parijs het kwartet uit Rachel, Maya, Jorik en Menno bestaat…

Ditlev is de ongekroonde koning op de halves

Onnodig te vermelden dat Menno de snelste halve marathontijd van de dag liet noteren: 1.09.46 uur. (Met 2.19 was ie vandaag in Rotterdam ook nog een eind gekomen, maar dat terzijde). Overigens ook petje af voor Magnus Ditlev, ongekroonde koning op de halve afstand. De Deen is z’n katertje na de merkwaardige wedstrijd in Budva geheel te boven. Aaron Royle hadden we wel vooraan verwacht, maar je moet het bij zo’n eerste halve afstand wel kunnen natuurlijk. Clement Mignon hield schitterend stand op een vierde plaats en Jonathan Brownlee weet nu ook hoe het is om een halve te doen. Lang zicht op zilver, maar aan het eind ging het kaarsje uit. In extremis werd hij nog voorbij gelopen door Manoel Messias, ook een oud juniorenwereldkampioen. Reinaldo Colucci was op een zevende plaats tweede Braziliaan en Dylan Magnien op de achtste tweede Fransman. Tweede Nederlander was Jorik van Egdom. Vandaag niet met die vaak zo sterke loopbenen (1.12.20), maar evengoed blij om de prestatie van Menno. Nog altijd voor Bart Aernouts, die als beste Belg de top tien compleet maakte.

Met een halve marathon van 1.16, verloor Tristan Olij op het lopen niet veel tijd meer. Zijn grootste verlies zat hem in het fietsen. Uiteindelijk klom de Noord-Hollander terug in de top twintig naar een 18e plaats. Slechts 27 pro’s haalden de finish al waren er ook een aantal niet op komen dagen. Anderzijds zullen veel pro’s, die in California zaten liever in Cascais gezeten hebben. Die Ironman, waarvan de verwachtingen hoog gespannen waren, ging uiteindelijk niet door. Het moet zo’n enorm beroerd weer geweest zijn dat zelfs ingekorte afstanden geen optie waren. Dan zit je als Frodeno, Iden en Sanders toch behoorlijk te baen, lijkt me.

Verrassende winnares bij de vrouwen: Marjolaine Pierré

Een verrassende uitslag bij de vrouwen waar alle favorieten verrast opkeken toen Marjolaine Pierré als eerste het Ironman-finishlint omhoog stak. Het waren tot en met het fietsen Lucy Hall en Kimberley Morrison, die de dienst uitmaakten. Maar de francaise was niet ver uit de buurt en beschikte over de beste loopbenen. Hall dus sterkste zwemster – nogal wiedes – en daarna een lange solo op de fiets. Morrison en Pierré volgden op 2,5 minuut. Soms kan Lucy Hall het tot de finish volhouden, maar er zijn ook halve marathons waar de Britse topzwemster loopt te zwoegen. Vandaag was dat het geval, ze verloor twaalf minuten en viel terug naar een vijfde plaats.

Omdat ook de Braziliaanse Luise Baptista stevig doorliep was niet alleen de winnares Marjolaine Pierré verrassend ook op Baptista had lang niet iedereen zijn/haar geld gezet. De Zwitserse Julie Derron moest namens de favorieten de eer hoog houden met een derde plaats, maar wel al op 3,5 minuut. De Noorse Lotte Miller, ook sterk zwemster, werd vierde en Hall kwam als vijfde binnen. Kimberley Morrison had het nog veel slechter in de Portugese hitte: ze kelderde naar een elfde plaats. Ook een ander kanshebster Dimity-Lee Duke kon geen potten breken: 19e en laatste pro op drie kwartier van de triatlete uit Frankrijk.

De zege van Marjolaine Pierré is typerend voor veel Franse triatleten. Heel lang blijven de Fransen vaak in eigen land wedstrijden doen, zonder zich over de grenzen te mengen in de strijd. Dat geldt met name op de lange afstand. Pierré won dit seizoen met groot vertoon van macht drie Franse triathlons, waaronder die van Deauville. Ze was tweede in Gerardmer, toevallig achter Julie Derron. Vandaag waren de rollen omgekeerd.

 

Wim van den Broek

Wilde in 1983 iets anders dan alleen hard fietsen, stapte snel over op microfoons uittesten, één van de drijvende krachten achter één van de oudste triatlons: Oud-Gastel, figureert in misdaadseries en mag zich ridder zonder paard noemen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.