Speakercorner- mijn bijzondere belevenissen met speaker Wim (2)
Tsja, “mixed feelings” bekruipen me als ik begin aan deze serie speakercorner. Het gaat namelijk opnieuw over het afscheid van mijn speakermaatje Wim van den Broek. Ruim 30 jaar stonden we zij aan zij en daar gaat in Holten een einde aan komen. Ik rommel in de marge beetje mee aan de totstandkoming van de bijzondere WimvandenBroek-serie, door de organisatie Holten terecht geïnitieerd. In verschillende speakercorners heb ik er al aandacht aan besteed, maar in de aanloop naar Holten graaf ik toch maar eens in de persoonlijke herinneringen, die me zo dierbaar zijn en die Wim typeren. Een overzicht van een paar bijzondere momenten en onze gezamenlijk ontwikkelde humor. Het zullen een aantal artikelen zijn in de komende maanden. Ik neem jullie graag mee in onze avonturen.
Almere (2): De langste nacht, of eigenlijk geen!
Nog steeds met de finish in Almere Haven , maar niet meer kamperend bij de scouting. Nee, onze absolute luxueuze puptent was opgezet bij de jachthaven , vlakbij de finish. Zoals altijd ergens op de vrijdag voor de race arriveren we ergens in de voormiddag in Almere. We spreken veel atleten, nemen de details met de organisatie nog eens door, eten wat en belanden voor een “afzakkertje” bij het Lieverdje, een kroeg die achteraf gezien niet echt aan een sluitingstijd deed.
Zet ons bij elkaar en we blijven praten over onze geliefde sport en zijn sporters. Voeg er wat bier aan toe en we kletsen in een veelvoud. Zo ook die avond/nacht. We hadden het geweldig naar ons zin, spraken over alle kanshebbers voor de volgende dag en alle avonturen uit het verleden.
Afijn, op enig moment besloten we, moe, maar o zo gelukkig, ons tentje op te zoeken. Elkaar een beetje steunend sukkelden we de 500 meter op weg naar ons tentje. We deden er iets langer over dan een gemiddelde wandelaar, maar tenslotte kropen we onder de slagboom van de jachthavencamping door. Hoe groot was de schrik dat we atleten (Hennie Freriks was de eerste die we troffen) al zagen ontbijten en we ons realiseerden dat het waarschijnlijk best wel laat cq. vroeg was: 5:30 en vanaf 6:15 moesten we de microfoon ter hand nemen.
De remedie was dat moment: douchen, omkleden, koffie en gaan! Ik kan me Roely Graman haar gezicht nog voor mijn geest halen, toen ze haar bezorgdheid uitsprak over Wim “zijn toestand”, ik denk dat daar haar eerste grijze haren zijn ontwikkeld en blijkbaar heb ik mijn toestand toen redelijk goed kunnen verbloemen. De finishende atleten lezen dit en zullen waarschijnlijk nooit weten welke editie dit is geweest hahahaha, aangezien we er de rest van de dag er als vanouds vol in zijn gegaan.
Het Brabants kwartiertje, dus eigenlijk altijd te laat
Het was in de 90-er jaren in de vorige eeuw dat ik als beginnend speaker op pad ging met Wim, om samen wedstrijden in den lande vocaal te begeleiden. Onze eerste klus samen was Spijkenisse, op mijn verzoek, door mijn grote mond tegen wielerspeaker Mels de Kievit. Al heel snel bleek er een speciale klik tussen ons te zijn, die er tot op de dag vandaag nog is. In die beginjaren spraken we voor een wedstrijd elkaar vaak telefonisch en stuurden we elkaar de startlijst en uitslagen over en weer per FAX . Thuis werden de de uitslagen van al die wedstrijden, die we per fax ontvingen, ingeklopt in computers met Lotus 1-2-3. We reisden (nog) niet samen, maar in die werkwijze kwam al rap een kentering . In tegenstelling tot mijn werkwijze; minstens twee uur voor de eerste start van een evenement aanwezig zijn, was en is Wim een meester om pas laat of op het allerlaatst te verschijnen. Feit is echter wel dat hij het speakeren op een dermate manier oppakt, dat deelnemers en toeschouwers geen enkele notie krijgen van zijn (te) late komst, maar de organisatie (en ondergetekende) waren dan al geruime tijd redelijk onrustig. Ik kan me bv. een wedstrijd in Spijkenisse herinneren, waar er 5 minuten voor de start nog geen enkel zicht op Wim was. Mobiele telefoons bestonden nog niet, voor algemeen gebruik (nu niet meer voor te stellen). Zoals de normale procedure was en is, beginnen we als speakers over het algemeen een half uur voor een race, dus ik was “gewoon” begonnen. Het startschot van de eerste serie werd gelost, de atleten 200 meter onderweg in het zwemnummer en plots was daar de tussenstand van de kop van de wedstrijd tijdens het zwemmen van mijn collega. Alsof hij daar al een half uur had staan wachten op de passage van de atleten.
De werkwijze richting een wedstrijd werd op mijn initiatief, na een aantal van dit soort voorvallen, aangepast. Middelharnis-Oud Gastel/Stampersgat is slechts 36 kilometer, dus stelde ik meestal voor Wim op te halen op een bepaalde tijd (aangepast aan mijn werkwijze met immer een kwartier vroeger). Soms sputterde mijn collega wat tegen, maar sindsdien zijn we heel vaak samen op tijd aangekomen bij een wedstrijd, met de prettige bijzaak dat de reistijd altijd tijd was om (even) bij te kletsen.